Cézanne

In het Groninger Museum wordt mijn blik gevangen door een schilderij van Paul Cézanne. De kleuren groen en blauw stemmen me vrolijk. Het lijkt rommelig geschilderd, maar is dat wel zo? Heel consequent kleine verfstreekjes. Iemand zegt: ‘Het perspectief klopt niet.’

Bij een college over Merleau-Ponty komt ook Cézanne ter sprake. Waarom juist Cézanne?

Er staat een boekje van Rainer Maria Rilke in mijn boekenkast ‘Brieven over Cézanne’, delen uit de brieven, die hij aan zijn echtgenote schreef, de beeldhouwster Clara Westhoff. Rilke is bekend als dichter, maar minder bekend is dat hij een tijd secretaris van de beeldhouwer Rodin geweest is en een monografie over hem geschreven heeft.

Zo rol ik van het een in het ander als thema met variaties. Wat treft me nu zo? Het is de gedachte – en dat proberen uit te drukken en vorm te geven – dat alles in beweging blijft en hoe moeilijk dat te pakken is omdat we er zelf deel van uit maken. Of je nu beeldhouwer, schilder, filosoof, dichter of fysiotherapeute bent: bewegen en beweging blijft fascinerend hoe je er ook naar kijkt en hoe je er mee bezig blijft!

Aan het lijf

Aan den lijve ondervinden. Aan den lijve leren. Aangedaan zijn, aandoenlijk, aanstoot geven of nemen, aandacht en aandachtig, iets aangereikt worden. We spreken van aandoeningen. Allemaal van buitenaf aan jou gericht.

aangeraakt 001kopieklein

Het lijf is primair in contact met de buitenwereld via de tastzin. Dat aangeraakt worden kan verschillende sensaties veroorzaken, waar we dan al of niet zichtbaar op reageren.

Ik beperk me tot het primair lijfelijke: baby’s ontdekken hun handen omdat die handjes elkaar raken tijdens onwillekeurige bewegingen, het besef wordt gewekt dat ze dat zelf  ‘in de hand’ kunnen krijgen. Heel veel handelingen doen we later vanzelfsprekend, we denken er niet eens over, we doen het gewoon. Spieren herinneren zich kennelijk de coördinatie, want zodra je gaat denken hoe je met twee treden tegelijk de trap af moet, gaat het mis!

Loopjes en pasjes

Ergens mee aan de loop gaan of een loopje nemen met… en terloops een loopneus hebben. Een eindje om lopen met dat karakteristieke loopje…
Een loopje in de muziek (nooit pasjes, die zijn van een dansje).

lopen van rechts naar links 001kopienklein                                                     Lopen dus.

lopen van links naar rechts 001kopieklein

Dat we lopen, is helder. Maar hóe lopen we? Het gaat over het algemeen vanzelf en als het niet vanzelf gaat, sta je er bij stil hoe gecompliceerd lopen is.

Pasjes, loopjes… om te doen en om naar te kijken: het is terrasjes-weer!

Brancusi

In museum Boijmans van Beuningen ligt het: een los hoofd. Dit hoofd is later voor deze expositie ingevlogen uit Chicago. Het hoofd ligt niet op één oor. Er is amper sprake van oor. Het hoofd ligt wel op ‘n kant, de rechterkant. Zelfs een fractie verder door dan echt op de zijkant. Het hoofd is mooi van vorm, het is gestroomlijnd. Dit hoofd is de suggestie van een hoofd. Wat betekent een los hoofd?

Ik heb er een tijdje naar staan kijken. De vorm van dat losse hoofd heeft iets van een ei, tenminste wanneer je naar het gelaat kijkt. Het is geen punthoofd, het spitse zit aan de kant van de kin. Een gestolde of bevroren druppel, geïsoleerd, kwam ergens vreemd terecht, kantelde wat heen en weer, bleef liggen en is langzaam wat in de breedte uitgezakt zoals een bavarois met iets te weinig gelatine.

Brancusi 001kopieklein

Hoe ligt een hoofd op z’n zijkant? Waar is het steunvlak, het evenwichtspunt en het zwaartepunt? Op het oor? De slaap? Het jukbeen? Tekenen lukt niet. Ik probeer het later na te voelen, het lukt niet. Mijn hoofd, met een heel lijf er onderaan, is anders dan zo’n los hoofd op de grond of op een tafeltje. Het hoofd ligt er zo, dat je het achterhoofdsgat kunt zien en dat het hoofd haar met een knotje heeft. Het is niet onthoofd; dit hoofd is alleen maar hoofd, meer is overbodig.

Dit hoofd is in ruste en heeft genoeg aan zichzelf: ‘la muse endormie’.

Psychische rugklachten?

Mensen zeggen wel eens dat hun rugklachten psychisch zijn. Dat ‘psychisch’ klinkt in mijn oren als een scheldwoord. De rug is een deel van het lichaam, het is materie. Psyche is iets wat niet tastbaar is – al is het zeker merkbaar – het is immaterieel. Kan je een materiëel en een immateriëel begrip aan elkaar plakken? Dat er een mentale component invloed kan hebben op het functioneren van de rug is niet vreemd, omgekeerd dat fysiek functioneren invloed heeft op je geestesgesteldheid, dat is ook helder.

psyche 001klein

Iemand attendeert me op het volgende: ‘een verdrietige rug en hardnekkig verdriet’. Ik moet meteen denken aan het fenomeen van een ‘glimlachende’ rug. Natuurlijk kan een rug niet glimlachen, want glimlachen doe je met je mond. Toch klopt de beschrijving. De zon breekt door! Er verandert namelijk iets waar eigenlijk geen woorden voor zijn en dan ga je over tot beeldspraak. 

Hardnekkig is een woord waarbij ik meteen denk aan onverzettelijk, vasthoudend, iets wat niet over wil gaan, zoals een hardnekkige hoest in de winter. Toch lijkt de oorsprong iets met de fysieke nek te maken te hebben. Wel anders dan bij het woord ‘lamlendig’, waarbij ik meteen een voorstelling van een lamlendig lijf van een lamlendige voor me zie. De persoon in kwestie heeft bepaald geen verlamming van zijn lendenen, maar gedraagt zich op een karakteristieke manier. En die ‘verdrietige’ rug? Het wordt tijd om naar beelden en schilderijen te kijken, het antwoord komt dan vanzelf, zonder woorden…