Handen

Hand, handen, handvaardig, handig zijn, handelen en behandelen, hanteren.       

Het handje op een deur: de klopper, voorloper van de huisbel. Een hand, gevuld met een bol – iets hards en stevigs – om flink geluid op de deur te kunnen maken: hier is bezoek! 
  
 
Gesticuleren is een gebaar maken met de handen tijdens het spreken, we doen het soms onbewust omdat bepaalde handelingen zo verweven zijn met specifieke gebaren.
In de film Round Midnight beantwoordt de saxofonist zijn psychiater primair met een gebaar op de vraag wat hij het liefste doet: zijn vingers bewegen de kleppen van een denkbeeldige saxofoon en daarna komen er pas woorden bij. Die handen lijken het eerder te weten dan dat hij de juiste woorden weet te vinden.
 

Chirurgen hebben handen, die vaak de naam knuisten verdienen. Je herkent hun handen: nu droog door het koude weer en ze laten zien dat die handen heel veel en langdurig gewassen worden. Vertelt een operateur enthousiast over iets technisch van zijn vak, dan zie je vaak de specifieke gebaren van doenende handen, die de woorden begeleiden.      

 Bij een lezingencyclus viel het me op dat een orthodontist met een heel subtiel gebaar moderne microfoontjes rond de hoofden van de sprekers bevestigt en het spreekgedeelte op de juiste plek schuift. Doorgaans maken we contact met de ogen en geven we iemand een hand. Een kapper benadert je hoofd vanaf de achterkant en je ziet het in de spiegel van voren. Een orthodontist is gewend om een hoofd vanaf de voorkant te benaderen, dat was heel duidelijk te zien. Toen ik het hem vertelde dat me dat opgevallen was, zei hij: je moet je beweging vertragen naarmate je dichter bij iemand’s hoofd komt. Hij liet zijn stevige handen zien en zei: Kijk, met twee vingers kan je heel wat doen in zo’n kleine ruimte als de mond! Hij maakte er met zijn wijs- en middelvinger een grijp- en een knipbeweging bij.       

Vanuit de pianomethodiek is het bekend dat er aanvankelijk twee soms drie vingers gebruikt werden om te spelen. Carl Philipp Emanuel Bach is de eerste die de duim gebruikt en als grondlegger van de pianotechniek te boek staat. ( http://nl.wikipedia.org/wiki/Carl_Philipp_Emanuel_Bach )
Het geeft meer mogelijkheden om alle vingers van je handen op een specifieke manier te gebruiken tijdens het pianospelen! Pianisten hebben er altijd vijf, maar violisten hebben er slechts vier als je de aantekeningen in de bladmuziekboeken ziet. De violist gebruikt zijn duim natuurlijk wel, maar anders dan een pianist en dan heb ik het nu alleen nog maar over de linkerhand. 
   
  

Laat iemand wat over zijn werk of hobby vertellen en let dan eens op wat handen erbij uitdrukken!
Een kapper, die de schaar of een mesje hanteert, doet dat anders dan een chirurg. Een kleermaker gebruikt ook een schaar om te knippen of gebruikt hem om stof te splijten zonder echt te knippen. Een hovenier gebruikt zijn snoeischaar nog weer anders. Hoe knipt een kind? En hoe een volwassene? Hoe knip je met een textielschaar, een papier-, wild- of keukenschaar? We knippen anders in verschillende materialen en we doen het abstract op de computer. Kijk nog eens naar dat handje van de getekende klopper? De maker van die klopper moet een voorzienige blik gehad hebben hoe we nu een muis vasthouden… 
  

    

We knippen figuurtjes voor een kerstkaart, we knippen een touwtje door of je knipt gewoon je nagels.     
 
Knaap de kapper kapt knap, maar de knecht van Knaap de kapper, kapt knapper dan Knaap de kapper kapt.   
  
Handgebaren? Als je het al niet uit jezelf doet, dit handvat: doe als een dirigent die de maat slaat, terwijl je dit zinnetje hardop zegt. Net als bij de bovengenoemde saxofonist: de beweging gaat voor het geluid. (tip: eerst langzaam dan lukt het sneller ook!)        
 
 

 

Witte wereld

Mooi is het buiten met al dat wit! Het eerste wit doet verstillen, stadsgeluiden verstommen, vogelgeluiden overdag vallen meer op, de geparkeerde auto’s lijken op een ingesneeuwde file.

Een jaar of wat terug, uit de stad lopend richting huis, trof ik een verdwaasde mevrouw aan. Ze zat met de benen recht vooruit op een spekgladde stoep. Been gebroken. Dat zijn de momenten dat een mobieltje zijn nut bewijst! Aan haar moet ik altijd even denken als de stoep weer wit is en ik ga vegen. Al eerder heb ik genoemd dat het vegen van je straatje zo’n leuk werkje is. Zeker als het gesneeuwd heeft dan is het buiten zo lekker. Ik zorg er wel voor om handschoenen aan te hebben om zachte gevoelige handen te houden voor mijn werk.

Afgelopen week liet iemand zich ontvallen dat mannen van nu zulke hele andere handen hebben dan vroeger, toen er nog geen pc’s waren. Niet meer hakken met een bijl en zagen met een handzaag. De ouderwetse mechanische schrijfmachine, de echte tikmachine, daar moest je nog echt kracht in je vingers voor hebben wilde je een letter op het echte papier krijgen. Nu tikt het niet meer maar piept het bij een zachte aanraking van de toetsen of hoor je een monotoon geluid van een machine die ons werk uit handen neemt. Geen handen met eelt en ontwikkelde spieren maar verfijnde handen zonder kloven: gemanicuurd door wat ze doen.

http://www.youtube.com/watch?v=1NjI2NRwrCM&feature=related

Met je handen in de aarde wroeten of als alles bevroren is met een bezem je straatje doen, rooie wangen krijgen en een doorbloed lijf tot in de vingertoppen: het geeft mooie handen die laten zien dat we met onze handen uit de voeten kunnen.

Zittende Hermes

Hermes staat bovenop de Korenbeurs in Groningen en hij is er in vliegende vaart op de theekoepel naast de Herebrug. (zie weblog juni 2010)
Het Noordelijk Scheepvaartmuseum in de Brugstraat heeft nog tot het eind van dit jaar een deel van de middeleeuwse panden voor het Tabaksmuseum gereserveerd. In een klein kamertje met vitrines met pijpen en tabaksattributen, ging mijn blik om hoog: Hermes! (Mercurius werd hij door de Romeinen genoemd)

Een zittende Hermes, maar waar zit hij op? Goden hebben kennelijk geen echte stoel nodig. Hij lijkt te poseren in een specifieke houding zoals je op oude schilderijen ook wel ziet: quasi nonchalant in een gekruiste houding. (rechterschouder en linkerheup zijn naar voren gedraaid, door het laten zien van de mercuriusstaf en de naar voren uitgestoken knie wordt die diagonaal geaccentueerd). Of zit hij ongemakkelijk met die linkerschouder omhoog? Ga zelf een tijdje zo zitten, dat voelt niet prettig met die opgedrukte schouder. Wat zit er in die korf? Zet hij zich met zijn benen af om steviger met zijn linkerarm zijn buit achterover te drukken en suggereert hij wat anders waar hij de kijker van afleidt door de mercuriusstaf zo duidelijk te laten zien? Toch geen gekruiste houding maar eenzijdig de linkerkant wegdrukken met zijn rechter lichaamshelft? Of komen deze gedachten op door hoe dit relief gemaakt is? Moeten we er helemaal niets bij denken behalve dat Hermes erbij hoort?
Leuk om het niet te weten en royaal te kunnen fantaseren wat de achtergrond en betekenis van deze afbeelding zou zijn…

Schritttempo

Mijn blik werd getroffen door een opmerkelijk verkeersbord. ‘Schritttempo’ is voor de fietsers, die met aandacht voor wandelaars, mogen fietsen in dit voetgangersgebied. 

 

Schritt, schrede, tred, pas, stap, (im)~ fahren betekent stapvoets rijden. Een Schrittgänger is een telganger. Schrittlings: stap voor stap, langzaam, maar ook schrijlings. Een Schrittmacher is een gangmaker, maar ook een pacemaker! Schrittweise: pas voor pas, stap voor stap, stapsgewijs, langzaam.Mijn aandacht werd vooral gewekt door de vertaling van Schrittgänger als telganger.
De Dikke van Dale zegt over telgang: pasgang. Het in telgang lopen: 1. paard dat in draf gelijktijdig zijn beide linker-, daarna zijn beide rechterbenen verzet. 2. (bij uitbr.) ben. voor alle dieren die bij het draven de beide rechter- of de beide linkerpoten tegelijk op de grond zetten. Over het gaan in telgang bij mensen zegt de Dikke van Dale niets.
In de Engelse vertaling van telgang: ambling gait, amble. Er wordt onmiddellijk een verbinding met paarden gelegd: ambling horse, ambler. Ook in het Frans: amble. Telganger: cheval ambleur. 

Als iemand actief voorwaarts gaat, dan volgt de rechterarm het linkerbeen in de voorwaartse beweging en bij de volgende stap is dat de andere arm die het tegenovergestelde been volgt: kruisgang.
De gekruiste beweging neemt af naar mate iemand langzamer loopt, dan bewegen de armen en de schouders minder. Bovendien zijn de draaibewegingen binnen de wervelkolom minder duidelijk zichtbaar geworden. Actief langzaam lopen doet een appèl op het evenwicht. Hoe gaat iemand daarmee om? 
Wanneer mensen slenteren, zie je soms dat de ene lichaamshelft ten opzichte van de andere lichaamshelft voorwaarts gaat: telgang. Of is de benaming telgang voorbehouden aan viervoeters? Hoor je te zeggen dat iemand zich homolateraal voortbeweegt? Sommige paarden hebben de beschikking over zowel telgang als kruisgang. Dat is lang niet bij alle viervoeters het geval: kamelen en olifanten zijn telgangers, neushoorns zijn kruisgangers. Leggen woordenboeken bij telgang meteen het verband met paarden omdat ze zowel telganger als kruisganger kunnen zijn? 

Flaneren is ook langzaam lopen, al roept dat bij mij een ander beeld op dan bij slenteren of sjokken. Er zijn veel woorden die betrekking hebben op de manier waarop wij voorwaarts gaan: kuieren, stiefelen, stappen, stampen, sjokken, tippelen, doortréden, banjeren, waggelen, hompelen, hollen, voortbenen, rennen, snellen, ijlen… Het is een kunst om al die nuances op een heldere manier te beschrijven. Met een beetje geluk zie je het wel allemaal voorbijkomen in het voetgangersgebied.

Meer dan een hand alleen

Niet alleen hand die wat doet, maar een arm die vastzit aan een heel lijf: een blik op het Vrijheidsbeeld in New York. Let op die geheven arm met de fakkel. Probeer zelf eens zo te gaan staan! Opvallend dat de mensen, die op de boot foto’s namen van voren, later weinig belangstelling hadden voor haar zijkant.

Wil iemand in staat zijn om dit gebaar te kunnen maken, dan vraagt dat het nodige. Om maar wat te noemen: actieve benen, volledig gestrekte wervelkolom, voorkant niet ingetrokken en innerlijk volledig achter dit gebaar staan. Hoe haar houding met dat specifieke gebaar de kijker confronteert, blijkt uit de reactie van al die mensen: ze doen iets terug, ze maken een foto! Dat camera’s geen fakkels zijn, zie je meteen.

*

De vriendin, die me deze foto’s opstuurde, had een ruimere blik. Terecht, want als je naar houdingen kijkt dan geeft elk standpunt er een ander zicht op.
In de medische wereld is het gangbaar om van drie kanten naar het menselijk lichaam te kijken: voor/achter, links/rechts en boven/beneden.
De beeldende kunst pakt het wel eens van ‘driekwart’, zoals schuin van achter dat je meer kanten tegelijk kunt zien, zij het van allebei de kanten een beetje.

Het zijaanzicht toont hoeveel vaart en energie deze dame heeft om het vuur van de vrijheid uit te dragen. Door met die rechtervoet af te zetten en de linker volledig op de grond laat staan, kan ze de fakkel zo hoog mogelijk laten zien zonder verlies van stabiliteit. Zowel van voren als van opzij is er een denkbeeldige lijn te trekken midden door haar heen, ze staat stabiel en stevig in de as.

De controle daarvan vraagt om een helicoptertochtje om haar van boven te kunnen zien, maar het kan simpeler.

Er is een bouwtekening op deze link te zien: http://fr.wikipedia.org/wiki/Statue_de_la_Libert%C3%A9
Op diezelfde link staan meer wetenswaardigheden, zoals de bronnen van inspiratie, de schepper van het beeld en waar er copieën te zien zijn.
Voor niet-Franstaligen: http://nl.wikipedia.org/wiki/Vrijheidsbeeld_(New_York)
Voor mensen die graag de binnenkant willen zien: loop mee door de as omhoog de trap op naar haar stralenkrans, waar ramen inzitten: http://www.youtube.com/watch?v=71eOonyHJfQ