Kijken

In het Sieboldhuis in Leiden zag ik een Japanse prent die mijn aandacht bleef trekken. Een houtsnede van Kunisada. Kijk je nu van links naar rechts of van rechts naar links? Of wordt je oog gepakt door de vrouw in het midden die met zo’n geweldige torsie in haar romp links en rechts verbindt en wordt je oog van de ene naar de andere kant getrokken en is dat het waardoor je de dynamiek van het vuurvliegjes vangen meteen oppakt als kijker?

Kijk je gedetailleerder naar de stand van de voeten, de hoofdposities en de draaiingen van het lichaam, versterkt door de plooien van kleding, van het zicht op de rug naar de frontale blik, de rivier die links breed is en zich naar rechts toe versmalt, de takken die naar rechts waaien…

Zo kan je tijden blijven kijken naar papier en verf, denkend dat wat je meent te zien beweegt, maar het is plat en vlak. Wat knap om de suggestie van beweging zo op te roepen!

Breitner, meisje in kimono

Alle schilderijen van Breitner, waarop hij een meisje met een kimono afgebeeld heeft, hangen bij elkaar op de expositie in het Rijksmuseum.

Ik probeer met een zo mogelijk onbevangen blik te kijken. Dat lukt niet echt, de fysiotherapeute in mij zegt: wat een moeizame houdingen! Pose is een beter woord. Zou ze urenlang geposeerd hebben, was ze het zat en pakte de schilder toen dat moment? Of hij gaf haar een werkje: in een boekje kijken, een oorbel aandoen, naar een bloem kijken en genieten van de geur? 

Het schilderij, waarop ze in halfliggende houding steunend op haar rechter onderarm met de hand tegen haar hoofd afgebeeld wordt, wekt bij mij de gedachte: straks krijgt ze een slapende arm of een zere schouder…

Natuurlijk kan ik ook anders kijken! Wat is die stof prachtig weergegeven! Het zijn grote oppervlakken stof, wat juist door die verschillende poses goed uitkomt. Glanzende zijde, mooi borduursel en het prachtige rood. De uitdrukking in de ogen van het meisje in de witte kimono, met haar hoofd tussen de ellebogen, die ook oplichten, zijn als de ogen van een jong hertje. Ze zijn wijd open en staren in de verte. Wat gaat er allemaal in dit meisje om?

Schoonheidsidealen

Een dagje Amsterdam, o.a. naar het onlangs gerestaureerde museum Ons’ Lieve Heer op Solder. Achter het altaar is een schildering. Het valt me op dat bij deze ‘Doop in de Jordaan’ de Jezusfiguur een volumineus voorkomen heeft. Een Rubens-type zo gezegd. Een verrassing toch wel, meestal zijn het magere soms wat uitgeteerde types.

Schoonheidsidealen zijn tijd en plaatsgebonden. Heel vaak zijn voor ons de klassieke Griekse en Romeinse beelden een voorbeeld, maar ook daar zie je uit welke periode het beeld afkomstig is.

En nu? Strak en glad of juist een beetje mollig? Veel spiermassa, mager of juist goed gevuld?

schoonheidsideaal kopieklein

Leeftijdsgebonden? Oude mensen vertellen wel dat alles wat meer hangt en uitgezakt is, maar belangrijker is dat ze uit de voeten kunnen en hun dagelijkse dingen kunnen doen.

Dat vraagt om andere aandacht.

Tijdloos

In de trein van Groningen naar Amsterdam door de polder. Ik zit met het iPadje op schoot, werp af en toe een blik naar buiten. Platte nieuwe gebouwen, waar ben ik? Zijn we de tunnel al door? Het is onmiskenbaar jong landschap, wij gaan door de polder. Later kijk ik naar links en zie twee molens, oud land, land van de Hollandse Meesters. Een gedachte omdat ik straks naar het Rijksmuseum ga of is het registratie met het verschil van het strakke nieuwe van de polders?

In het Rijksmuseum hangt op de expositie Azië-Amsterdam een schilderij van Gerrit Adriaensz. Berckheyde: de Gouden Bocht van de Herengracht. Die strakke huizen, geen grote bomen, amper levendigheid. Wat oogt dat nieuw en eigentijds! Dat is het ook, maar wel in de 17e eeuw.

portable toilet kopieklein

De buitenkant is verraderlijk, mensen blijven mensen. Zo zag ik op dezelfde expositie een prachtige kist: een schitterende omhulling voor een draagbaar toilet. Menselijke behoeften zijn tijdloos. Onze spullen over een aantal eeuwen ook in een museum?

David Bowie

In het Groninger Museum is de David Bowie expositie geopend! Beeld, geluid… maar ik ben vooral geraakt door het filmpje ‘the mask’. Hetzelfde thema zag ik lang geleden gespeeld in een theater in Parijs door de mimespeler Marcel Marceau. Ik word er nu aan herinnerd hoe indringend dat beeld geweest is… Van beide artiesten zijn filmpjes op youtube te zien. Het is spectaculair hoe traag de tijd verloopt, dat het beeld alleen genoeg is, geen geluid. De versie van Bowie met geluid en spreekstem vraagt eveneens een soort van aandacht. Is dat nog op te brengen? We zijn veel meer geluid en beweging gewend! Willen en kunnen we nog terug naar die vertraging en verstilling?

mime kopieklein

Mime is een bewegingskunst die we amper meer zien. Oudere mensen koppelen mime direct aan de film ‘Les enfants du paradis’. De man met de trieste blik in zijn ogen en het wit geschminkte gelaat. Ik koester zelf een herinnering van een illustratie uit een kinderboek, waarvan ik de titel nooit meer heb kunnen achterhalen: een pierrot met het witte gezicht staat voor een muur, een ouderwetse lantaarnpaal, en een danseresje met een tutu. Het verhaal erbij is verdwenen, maar het beeld is gebleven. Nu door David Bowie komt dat beeld van lang geleden terug…

Wat is het waarom we iets opslaan van binnen en dat het soms door toevalligheden aangeraakt wordt en weer nadrukkelijk aanwezig is?