Hoe zit dat?
Als alles vanzelf gaat, denk je er zelden of nooit over na hoe het functioneert. Je gaat raar lopen wanneer er een steentje in je schoen zit. Het normale bewegingspatroon is verstoord. Je neemt het waar en handelt meteen adequaat: steentje moet er uit! Is er iets loos met een arm, dan is het lastiger dan met zo’n steentje. Hoe en in welke gewrichten nog meer, beweeg je eigenlijk wanneer je iets met je arm doet?
De arm is gericht op de grote ruimtelijke beweging en dat laat de anatomie van onze armen zien. De armen, samen met sleutelbeen en schouderblad zijn één geheel en dat alles rust als een soort kapmanteltje op de ribben. Dat je hele arm via je sleutelbeen met een gewrichtje van nog geen halve vierkante centimeter vastzit aan je borstbeen, realiseer je je niet meteen!
Omdat onze benige constructie van binnen verborgen zit, denk ik zelf aan een mooie zichtbare armbeweging zoals het Vrijheidsbeeld dat laat zien met de fakkel hoog geheven. Een mooie beweging, anders dan wanneer we de armen omhoog doen bij het zingen van ‘ hiep, hiep, hoera!’ In dat laatste geval kunnen we ingezakt krom blijven zitten, maar ben je zelf het Vrijheidsbeeld dan strek je je uit met opgeheven hoofd en je voelt dat je op je voeten staat.
Dit is slechts één beweging van de arm, we kunnen veel meer meer met onze armen …
zie ook het blog van 14 nov 2010