extra! over oplossingen bij noodgedwongen linkshandigheid
de trap met een leuning voor de linkerhand bij het naar bovengaan, die zit rechts bij het naar benedengaan. toch de leuning vast willen houden tijdens het bestijgen en afdalen: hoe ga je naar beneden als je je rechterarm/hand niet kunt gebruiken? achterste voren. de eerste stap sloot ik aan, even wennen, maar nu kan ik gewoon doorstappen.
hemd uittrekken? gewoon over m’n hoofd of laten zakken en eruit stappen? het eerste ging aanvankelijk niet, intussen lukt het behoedzaam op de mannenmanier, wel eerst met m’n armen onder de schouderbandjes door. vooral niet vergeten om met mijn romp naar voren te buigen op het moment dat het hemd of t-shirt over m’n hoofd glijdt.
jas of vest aantrekken? eigenlijk net als anders, eerst mijn rechterarm door de mouw. nu wel helemaal optrekken met mijn linkerhand en dan linksomdraaien (ook met m’n hoofd om te kijken waar ik moet zijn) zodat die linkerarm ook z’n mouw vindt.
tandenpoetsen? leve een geweldig cadeau: elektrische tandenborstel! met de gewone tandenborstel ramde ik meer in mijn wangen dan dat mijn gebit gereinigd werd.
toiletbezoek? eenhandig links handigheidje ontwikkelen om papier af te scheuren (handpalm op rol en met vingers het papier afscheuren op de naad van de rol) en dan kiezen voor de benadering voor- of achterom. net als voor het tandenpoetsen zijn er andere mogelijkheden: toiletdouche‘s. bekend o.a. bij mensen met indische of indonesische roots.
slapen? een vesting van het bed maken met veel kussens, zodat je klem ligt. aanvankelijk alleen op de rug. na ruim drie weken lukte het mij voor het eerst op m’n linkerzij! een groot zacht kussen als een stevige steun tussen mijn arm en romp, waarbij de boel gefixeerd blijft. pas op! zakt er iets weg dan ben je acuut wakker! handig is om de radio gewoon zachtjes aan te houden. door te denken ‘waar hebben ze het nu over?’ weet je zeker dat je toch weer even geslapen moet hebben. ik blijk er niet aan te ontkomen om minstens twee tot drie keer even uit bed te stappen, m’n arm te laten bungelen, een rondje te lopen, kussens herschikken om opnieuw m’n draai, nee m’n plek te vinden.
omdraaien in bed van mijn rug naar m’n linkerzij? een beetje omhoog komen, met mijn linkerhand m’n rechterschouder omvatten, dan en bloc kantelen naar links om eventueel te gaan zitten. daarbij is een afzet met mijn linker elleboog erg efficiënt samen met het gewicht van mijn benen (hefboomwerking). naar rechts draaien op dezelfde manier, maar opletten om vooral snel naar voren en omhoog te komen om de rechterarm te ontzien. ik kan me voorstellen dat het optillen van het hoofd met de juiste blikrichting in de ogen en het naar voren strekken van de linkerarm kan helpen om de hefboomwerking te versterken zodat je je adem niet vast gaat zetten, maar soepel met een draaibeweging tot zit komt.
wakker worden? behoedzaam en rustig om geen verkeerde beweging te maken. langzaam in beweging komen, eerst enkels wat draaien, dan knieën buigen en strekken, voorzichtig wat met opgetrokken benen naar links en naar rechts, gaan zitten (zie eerder) en dan voorover neigen om te gaan staan. voeten op de grond voelen, knieën strekken, tegelijk de heupen naar voren schuiven en strekken: de voeten worden volledig belast! alles erboven laten komen met het hoofd als kroon op de wervelkolom. niet naar de grond kijken maar een breede blik voorwaarts en dan die eerste stappen doen. even wennen, daarna gaat het vlotter, zeker na een warme douche.
afdrogen na de douche? linkerschouder, stukje rug en linkervoet zijn onbereikbaar, gewoon even wachten en wat bewegen: het droogt vanzelf op.
kaas voor op een boterham? zachte kaas, die linkshandig te bewerken is inplaats van comté of pittige boerenkaas met een stevige korst, de weerstand die ik rechts kan geven (kaas vasthouden om dan met links een snijpoging te doen) is nog erg weinig zonder protesten van mijn arm. het smeren van zachte boter lukt wel, al draai ik het vaste en bewegende punt om. een truc die vaak erg goed van pas komt! mes met boter erop rechts, handwortel steunen op het aanrecht en met de boterham in de linkerhand over het beboterde mes vegen tot de boter netjes verdeeld is over de boterham.
boterham snijden? rechts de boterham fixeren en met links heel geduldig blijven zagen, duurt wat langer maar het gaat zeker!
jampot openmaken? met het aardappelmesje rigoreus een gat in de deksel prikken met links, het vacuüm is weg en met weinig kracht wil het potje open.
hoe eet je een beetje netjes met links wanneer rechts je voorkeurshand is? oefening baart kunst, vooral het laatste hapje. wilde bergen salade roepen konijnengevoelens op en bij biefstuk of pizza vragen of iemand het heerlijke wat op je bord ligt, even wil snijden.
afwassen? gelukkig is er een vaatwasser die nu ineens veel te doen krijgt. het uitruimen is een werkje wat tijd en aandacht vraagt om de boel heel te houden, de te zware pannen laten staan en niet vergeten om iemand te vragen ze in de kast te zetten.
linkshandig schrijven? niet met een pen, maar op de laptop om het leesbaar te houden. tekenen? nee, niet de bekende kleine schetsmatige ingekleurde tekeningetjes. maar met ander materiaal zou ik wel iets groffers kunnen proberen, bedenk ik me nu…
belangrijk is om steeds te weten wat er gedaan moet worden waarvoor ik geen list weet te verzinnen om het zelf te doen. (het lekkere bloesje strijken of mijn bed opmaken als de grens bereikt is om het zelf glad te trekken of als het tijd is voor een schoon laken, kussenslopen en dekbedovertrek) dit niet vergeten om voor te leggen aan welwillend bezoek – dat ook durven te vragen – en niet pas achteraf bedenken.
iedereen heeft een eigen manier van de dingen doen. vanaf de eerste dag heb ik me dat gerealiseerd en heb besloten dat andere mensen het ongetwijfeld anders zullen doen dan wat ik zelf gewend ben hier in huis. dat betekent dat ik me daarover niet ga opwinden en dat er zeker moeilijke momenten zijn hoe iemand anders met mijn spullen omgaat. leerschool voor mij: onthechting van het aardse! ook dubbel, want zoals ik met aandacht met mijn spullen omga, zo doe ik dat ook in mijn werk. een ingeslepen gewoonte. als contrast ga ik met veel genoegen naar de glasbak, omdat het heerlijk kan zijn iets kapot te smijten, dan vooral ook het gerinkel van het glas te horen en tot slot het plezier dat ik niets hoef op te ruimen. sterker nog: ik heb de lege flessen opgeruimd!